Alleen samen overleven we corona
Het coronavirus heeft onze levens ontwricht, en het zal nog maanden duren voor dingen weer enigszins normaal worden. De enige manier om deze aanval op onze wereld te overleven, is als we samen een beroep doen op onze creativiteit en humaniteit.
Door Judit Neurink
De deur van de apotheek staat open, maar de apothekeres heeft er een schot voor geplaatst. “Gisteren liepen drie Fransen de zaak binnen. Een van hen zei dat hij hoge koorts had en dat paracetamol niet werkte.” Ze had moeite de drie zover te krijgen dat ze vertrokken, met de opdracht zich op de juiste plek te melden, en heeft de avond doorgebracht met het ontsmetten van de zaak. “Sorry,” zegt ze als ik over het schot mijn pinpas aangeef. “Maar ik moet zorgen dat we allemaal gezond blijven.”
Athene in de tijd van corona. De zon schijnt, de weg is leeg, in de passerende bus zitten drie passagiers. Het hoekcafé dat altijd uitpuilt van jeugdige koffiedrinkers is vervreemdend leeg. Van de weinige voetgangers draagt de helft een of ander mondkapje. Bij de groenteboer wacht een klant geduldig buiten tot ik klaar ben. Volle zakken met groente en fruit staan klaar om opgehaald te worden door de bezorger.
Mailbox
De situatie buiten is een afspiegeling van wat ik in mijn mailbox aantref. ‘We doen het samen’, laat Albert Heijn me weten. ‘Wij hebben deze week plexiglas schermen geplaatst bij kassa’s en de servicebalie. Zo zorgen we voor een veilige werkplek voor onze caissières en een veilige winkelomgeving voor u.’
‘We hebben aan onze winkelmedewerkers en bezorgers gevraagd om tijdens de levering afstand te houden tot de klant en het schudden van handen te vermijden,’ meldt witgoedhandelaar BCC. ‘Van onze klanten vragen we zoveel mogelijk met PIN en het liefst contactloos te betalen.’
Na de eerste dagen van onrust en weerstand lezen mensen nu meer, stellen boekhandels vast. Winkels zijn begonnen met het thuisbezorgen van boeken (zo kan je ook mijn boek bestellen: Geweld is nooit ver weg, en dan betalen met een tikkie). Libris meldt dat het online lezen in de dubbele cijfers zit. ‘Het lijkt dat de klant nog wel naar buiten gaat, maar een voorkeur heeft voor zoveel mogelijk in de directe omgeving’, zegt Libris-directeur Caroline Damwijk. Dus opent de keten extra verkooppunten.
Lockdown
Voor ons schrijvers is de lockdown een ramp, want hoe brengen we onze boeken nog onder de aandacht? Alle activiteiten zijn afgelast, en ook op radio en TV gaat het alleen over corona. Terwijl het tijdens en na de Boekenweek juist heel druk zou moeten zijn. Collega Christine Otten propageert niet alleen dat we allemaal onze eigen leesclub beginnen, ze kondigt ook een lezing aan op Facebook: Een van ons, The making of.
De NS passen de dienstregeling aan, vertelt mijn mailbox me. Maar druk zullen de treinen ook in Nederland niet zijn. Het regent afzeggingen van allerlei activiteiten, tot in april toe. Niet alleen voor boekpresentaties en debatten, maar ook leesclubs en jubileumfeestjes. De Nederlandse club in Athene stelt de Azië-avond uit, een jaarlijks hoogtepunt van samen Indonesisch eten in het clubhuis.
Veel activiteiten zijn naar online verplaatst. Onderwijzers en leraren bieden zo hun lessen aan. Je kunt gratis rondneuzen in een groot aantal musea en IDFA zet zomaar 300 documentaires gratis online. Denktanks bieden online praatjes van hun experts. Een yogales volgen gaat nu ook via internet, en ook mijn eigen therapeutische sessie gaat via een groepsgesprek in Zoom. De huisarts vraagt me om niet-dringende vragen via de email af te doen, want de praktijk is er alleen voor spoedgevallen, net als die van de tandarts.
Facebook meldt me dat een Nederlander die al jaren in Griekenland woont en naar huis wil vliegen, in Moskou wordt tegengehouden. Ik lees over mensen die naar Griekenland willen komen maar geen adres hebben om veertien dagen in quarantaine te gaan. En over Facebookvriendinnen die steeds meer lol krijgen in het opstellen van de dagelijkse schema’s om de kinderen bezig te houden. Maar ook over de honden- en poezenopvang, die door de crisis geen Griekse zwerfdieren meer naar Nederland kunnen sturen voor adoptie, en daardoor geen nieuwe dieren kunnen helpen.
Verdrietig ben ik voor mijn Koerdische vrienden, die vandaag geen Nowruz (nieuwjaar) mogen vieren. Andere jaren liep de hoofdstraat van Sulaymaniya vol met feestvierders, en gingen ze in Acre bij het vallen van de avond met toortsen de berg op. En ook het picknickseizoen moest sneuvelen: in Koerdistan (en inmiddels ook in heel Irak) geldt een totaal uitgaansverbod.
De Nederlandse ambassade waarschuwt dan ook: “Maatregelen om verspreiding van het virus in te dammen zijn zeer ingrijpend geworden. Bevindt u zich buiten het land? Dan wordt u met klem aangeraden niet naar Irak (incl. de Koerdische regio) te reizen. Het Iraakse luchtruim is op zijn minst tot en met woensdag 25 maart gesloten. Er zullen geen vliegtuigen in- en uitvliegen. In veel steden in Centraal Irak mogen bewoners hun huizen niet uit.”
Bakkerij
Mijn Iraakse vriend Akram runt een bakkerij in de Koerdische hoofdstad Erbil. Pas na een paar dagen kreeg hij ontheffing van het uitgaansverbod, en bakt hij weer brood dat via de supermarkten (vrijwel de enige winkels die nog open zijn) verkocht wordt. Buurtbewoners melden zich ook nog bij het loket van de bakkerij. Tikkies en bankkaarten kennen ze daar niet: iedereen betaalt met de vieze, oude dinarbiljetten. En dan is de prijs van plastic handschoenen die nodig zijn om jezelf tegen dat risico te beschermen, ook nog vervijfvoudigd, klaagt Akram.
Drogisterijen die mondkapjes tegen woekerprijzen verkochten zijn door de overheid gesloten. Ook in Irak wordt gehamsterd, maar dat is niet zo vreemd in een land waar geweld nooit ver weg is. En daar gaat het om levensmiddelen, en niet om toiletpapier, want toiletten hebben kraantjes om jezelf na de boodschap schoon te spoelen. Of er staat voor dat doel een plastic kan.
Alle mensen met wie ik mail, chat, app en praat hebben hun leven omgegooid. Vrijwel niemand blijft ongemoeid door het virus, zelfs als we zelf geen zieken in onze omgeving hebben. We verliezen werk en inkomen, moeten reizen en tickets afzeggen – soms zonder geld terug te krijgen, zijn alleen of zelfs eenzaam omdat onze normale sociale contacten even niet mogelijk zijn, we zitten thuis en missen onze vrienden en collega’s. Of werken in de zorg en lopen dagelijks risico, bezorgen onze bestellingen, vullen de schappen en halen ons vuilnis op.
Gevaarlijk
Er is veel te zeggen en schrijven over het coronavirus. Dat het gevaarlijk is weten we nu (hopelijk) wel, al deelde een bevriende arts haar zorg met me dat er nog steeds te veel niet-essentiële contacten zijn die tot besmetting leiden – ouderen die nog naar de markt gaan, bijvoorbeeld. En dat er daarom moeilijke beslissingen aankomen, als er straks onvoldoende bedden zijn in de intensive care.
Corona is bedreigend en kan iedereen treffen. Wie tot de minderheid behoort die doodziek wordt weet je niet tevoren. Hufterig gedrag kan levens kosten, maar hetzelfde geldt cynisch genoeg ook voor te sociaal gedrag.
We kunnen alleen wachten op een werkzaam geneesmiddel en een vaccin. En dat zal nog maanden duren. Dat besef is er echter nog nauwelijks; we kijken allemaal reikhalzend uit naar het einde van de beperkende maatregelen. Maar die zijn nog veel langer nodig. In de tussentijd moeten we nog creatiever worden. Om binnen de beperkingen zo goed mogelijk proberen om te gaan met onze medemensen, onze economie, onze arme uitgeputte wereld en onszelf.
We moeten het samen doen. En dat zou toch een mooi positief effect zijn van deze crisis: als we in onze steeds verder geïndividualiseerde wereld weer meer oog en zorg voor elkaar krijgen.
Dit artikel las je gratis. Vond je het de moeite waard? Dan kun je jouw waardering laten zien door een kleine bijdrage te doen. Als veel lezers dit doen, kan ik artikelen blijven schrijven over het Midden-Oosten.