Ban de boerka, bescherm de daagster
Er zijn redenen te over om gezichtsbedekkende kleding zoals nikaab en boerka te willen verbieden. Maar je hebt het wel over een cultuurverandering, die alleen mogelijk is als het veilig is voor vrouwen.
door Judit Neurink
De boerka staat voor meer dan het woord alleen. Ze is niet slechts die tent met een netje voor de ogen die vrouwen in Afghanistan moesten dragen van de Taliban, maar staat voor alle gezichtsbedekking die gekoppeld is aan het geloof. En ze staat vooral voor vrouwenonderdrukking, en achterlijkheid.
Ik heb in het begin nog moeite gedaan om het verschil uit te leggen. Dat die boerka waar men het in het Westen over heeft eigenlijk een nikaab is, zo’n lapje dat aan de hoofddoek wordt vastgemaakt en de neus en mond bedekt.
Maakt het uit? Beide kledingstukken zijn niet bepaald gebruikersvriendelijk. Probeer maar eens een ijsje te eten als je zoiets aanhebt. Zo heb ik in een burgertent in Koeweit stiekem maar gefascineerd zitten kijken hoe genikaabte moeders met hun kroost probeerden mee te eten, zonder dat ik echt begreep hoe ze dat klaarspeelden.
Met de komst van het terrorisme en het misbruik vooral door ISIS-leden van de verhullende vrouwenkleding om onopgemerkt ergens binnen te komen, stapelen de verboden zich op. Met als jongste Marokko, dat de verkoop ervan verbiedt. En iedere keer laait de discussie tussen voor- en tegenstanders weer op. Zoals recent omdat sommige Nederlandse steden hun beperkte politiecapaciteit liever inzetten voor belangrijker zaken dan het op straat handhaven van het verbod.
emoties
Het probleem is dat de boerka, of eigenlijk schrijf ik liever de nikaab omdat die veel meer gebruikt wordt in de islamitische wereld, vooral daarbuiten emoties oproept. De meerderheid van de moslimvrouwen bedekt het haar, omdat zij menen dat hun geloof dat van hen vraagt. Een minderheid interpreteert de koran en de overlevering van de profeet strenger, en bedekt ook het gezicht.
Je bedekt je omdat je haar volgens de gangbare interpretatie alleen zichtbaar mag zijn voor je (toekomstige) man en je naaste familie, en in de strengere interpretaties geldt dat dus ook voor het gezicht, en zelfs voor de ogen. Maar velen doen het omdat familie, omgeving of man dat van hen verwachten. Omdat ze onderdeel zijn van een cultuur. Omdat vrouwen worden geacht zichzelf tegen mannen te beschermen.
Dat botst met onze hedendaagse wereld waarin het persoonlijke zo publiek is geworden dat we overal online te vinden zijn. Hoeveel privacy hebben we nog, met een persoonlijk leven dat grotendeels op Facebook en Instagram staat?
Maar kijk dan naar de beslissing van de Egyptische autoriteiten om een zangeres te vervolgen die een prijs in ontvangst nam in een deels doorzichtige jurk, waaronder haar fraaie billen goed te zien waren. Ze wordt aangeklaagd wegens onzedig gedrag. Wie beslist wat onzedig is, is dan de vraag. In dit geval de overheid, op basis van wat gebruikelijk is in de cultuur. Cultuur, dus niet geloof. Al wordt het geloof altijd gebruikt als excuus en zondebok.
We vergeten dat het nog niet eens zolang geleden is, dat die hoofddoek ook in christelijke dorpen werd gedragen, als teken van zedigheid. Neem bijvoorbeeld Griekenland, waar tot na de Tweede Wereldoorlog dorpsvrouwen vanaf de huwbare leeftijd een hoofddoek droegen. Om hen te beschermen tegen ongewenst gedrag van mannen, en om hun huwbaarheid te beschermen. Gewoonte, geen geloofsregel.
Waarom kom ik juist met deze voorbeelden? Omdat beide landen ooit onderdeel waren van veel grotere rijken. En die hebben vooral hun erfenis achtergelaten in de cultuur, terwijl geloven veranderden.
vrijheden
De discussies over de boerka lijken over geloof te gaan, maar gaan in feite vooral over persoonlijke vrijheden. Het ingewikkelde is, dat die grenzen hebben. Grenzen die de cultuur ons oplegt, zoals in de voorbeelden hierboven – en niet per se het geloof. Maar ook grenzen die onze echtgenoten of onze familie voor ons bepalen. Dat zijn vrijheden die we in het Westen hebben weten te verschuiven. Maar niet iedere maatschappij is hetzelfde.
Wat gebeurt er met een vrouw die in een strenge omgeving besluit de nikaab af te leggen? Hetzelfde als ooit op het Griekse platteland met een meisje zonder hoofddoek: ze wordt opeens niet meer beschermd, omdat ze als hoer gezien wordt – of in het beste geval als losse vrouw. Dat heeft gevolgen voor huwelijkskansen, maar erger nog: in feite kan je stellen dat die vrouw vogelvrij wordt.
Ik zie dat in Iraaks Koerdistan, waar het aantal klachten over aanranding enorm is gestegen. Het is een samenleving die jarenlang behoorlijk gesloten was. Westerse vrouwen klagen nu dat ze ’s avonds laat niet alleen over straat kunnen zonder lastiggevallen te worden. Maar ook lokale vrouwen hebben problemen, omdat ze proberen de grenzen te verleggen, en mannen menen dat ze daarmee niet meer beschermd zijn door culturele afspraken.
Dit zijn kwesties die in onze boerka-discussie te weinig aandacht krijgen. We doen het toch voor de vrouwen? Die moeten immers weg uit de onderdrukkende sfeer! Maar door dat op te leggen, ga je voorbij aan de cultuur, die door mannen is bepaald, waardoor je vrouwen in feite onbeschermd laat.
Kennen wij dat concept dan niet? Toch wel. Kijk maar eens naar de genderneutrale toiletten, die zowel voor mannen als vrouwen toegankelijk zijn en al voor flink wat klachten over ongewenste intimiteiten hebben gezorgd. Haal je mannen en vrouwen uit hun afgebakende wereldje, dan kan er opeens van alles gebeuren.
ondingen
Oké, de boerka en nikaab zijn ondingen, die de communicatie beperken en het gevoel van onveiligheid in de samenleving vergroten. Oké, er zijn meiden en vrouwen die zo’n ding zijn gaan dragen uit protest (tegen de vrije westerse wereld waarin ze zich niet opgenomen voelen). Oké, er zijn mannen die hun vrouwen dwingen om ze te dragen.
Maar ban het ding zomaar, en dan zullen bepaalde vrouwen niet meer buiten komen uit angst dat mannen hen als losse vrouwen zullen zien. Of omdat ze bang zijn dat hun mannen hen zullen straffen. En zowel onder de betrokken vrouwen als hun mannen zal het gevoel van uitgesloten worden door de maatschappij toenemen. Sinds duizenden de gang naar het kalifaat maakten, kennen we het gevaar daarvan.
Het is dus een maatregel die niet op zichzelf kan staan. Je moet de mannen betrekken, je moet helpen een aanzet te geven naar een cultuurverandering die vrouwen beschermt. Je moet de imams en islamitische voorgangers aan je zijde zien te krijgen. Je moet het uitleggen, iedere keer opnieuw. Dat het geen anti-islam maatregel is, dat het om veiligheid in de maatschappij gaat, dat het niet persoonlijk is bedoeld. Zodat de vrouwen zich veilig kunnen voelen.
Dat is hoe men in Koerdistan de cijfers van vrouwenbesnijdenis omlaag heeft gekregen. Door mannen te betrekken: dorpshoofden, imams, echtgenoten. Door duidelijk te maken hoe schadelijk het gebruik is voor vrouwen, en dat islam het niet vereist. Het kostte tijd en moeite, maar het werkt: het cijfer blijft dalen.
We kunnen een cultuurverandering niet opleggen. Toen ik als 15-jarige met hotpants over straat liep, kreeg ik ook nog mijn ouders over me heen en werd ik op straat aangesproken. Nu kijkt allang niemand meer op als wie dan ook in een korte broek loopt in de zomer. Maar daar zitten wel decennia tussen.
Zolang hoeft het voor de nikaab niet te duren. Maar cultuur verandert alleen, als mensen dat willen. En je moet ze helpen om dat punt te bereiken. Geen enkel verbod werkt als het niet wordt ingebed in communicatie en meningsvorming, of als mensen zich bedreigd voelen. Dat geldt ook voor de boerka-ban.