Öcalan met zijn verklaring temidden van Koerdische politici FOTO TWITTER/X
AchtergrondOpinie

Öcalans oproep is hooguit het begin van een lang proces

PKK-leider Öcalan droeg zijn volgelingen op zich te ontwapenen en de beweging op te heffen. Een belangrijke ontwikkeling, maar alleen als Turkije een vredesproces in gang zet en de rechten van de Koerden erkent.

Door Judit Neurink

Leg de wapens neer en hef jezelf op. Die opdracht gaf de leider van de Turks-Koerdische verzetsgroep PKK, Abdullah Öcalan, na meer dan veertig jaar van strijd aan zijn volgelingen.

De boodschap is als historisch ontvangen. En als je kijkt naar het feit dat de PKK-leider, die al 26 jaar in eenzame afzondering zit op een Turks gevangeniseiland, hiervoor voor het eerst contact heeft kunnen hebben met gelijkgestemden, dan is dat wellicht ook zo. Dat zijn oproep al bij voorbaat door verschillende Koerdische partijen die het normaal niet zo snel eens zijn is ondersteund, idem dito.

Dat er iets beweegt, dat is ontegenzeggelijk waar. Maar of dit echt vrede gaat brengen, dat is de vraag. Want daar zijn alle partijen voor nodig die betrokken zijn in het conflict. Een eerder vredesproces strandde in 2015 na jaren, voornamelijk op onwil van de Turkse overheid om Koerden ook echt hun rechten te geven.

Veeg

Op zich is het een veeg teken dat Öcalans boodschap tot ons kwam via een foto met de Koerdische politici die hem mochten bezoeken en een verklaring op papier. Geen levend beeld of video, zoals we in deze tijd van snel nieuws en sociale media gewend zijn. Dat geeft aan hoe groot de controle van de autoriteiten (lees: president Erdogan) is geweest op de tekst. In een live uitzending zou de PKK-leider dingen kunnen zeggen die het Turkse regime onwelgevallig waren.

Het zegt tegelijkertijd iets over het vertrouwen, of gebrek eraan. Als een 75-jarige man die al 26 jaar vastzit met alleen af en toe contact met een advocaat dan eindelijk zover is dat hij geweld afzweert, zou je hem dat zelf willen horen zeggen. Erdogan is bang dat hij een andere, wellicht verborgen boodschap doorgeeft. Is dat een gezonde basis voor overleg dat moet leiden tot het opheffen van een beweging?

En tegelijkertijd gaan de Turken door met anti-Koerdische acties. Weer is er een gekozen Koerdische burgemeester afgezet. Op dezelfde dag als Öcalans oproep is nog een Turkse journaliste veroordeeld tot meer dan een jaar cel omdat ze leider Saleh Moslem van de Syrisch-Koerdische PYD had geïnterviewd. En nog een kwartier voor de oproep bombardeerde het Turkse leger PKK-doelen in Iraaks Koerdistan.

Instemmen

Uiteindelijk moeten PKK-strijders instemmen met de oproep van hun leider. De vraag is of ze dat zullen doen, als ze daar de zin niet van inzien. Bijvoorbeeld omdat er geen duidelijkheid is over het traject dat tot hun ontwapening en opheffing moet leiden. En voorlopig bestaat dat traject niet eens. Het enige dat er is zijn de Turkse politici die iets in gang hebben gezet waarvan volstrekt onduidelijk is wat het precies is – anders dan een oproep van Öcalan aan zijn strijders om de wapens neer te leggen.

De reactie uit Syrisch Koerdistan – die spijker in Erdogans oog – is alleen al veelzeggend. Dat is een oproep voor de PKK, en dat zijn we niet, was zo ongeveer de reactie van SDF-chef Mazloum Abdi. Overigens werd kort daarna bekendgemaakt dat Öcalans oproep inderdaad niet voor de Syrische Koerden geldt.

De Amerikanen spraken de hoop uit dat de oproep hun Turkse Navo-bondgenoten zal geruststellen over hun partners (de SDF) in hun strijd tegen ISIS. ‘We geloven dat het vrede zal brengen in deze woelige regio,’ zei Trumps Witte Huis.

Goed, stel dan dat Öcalans verklaring echt het begin is van iets groters. Dan zullen Koerden in het noordoosten van Turkije garanties willen dat ze openlijk hun eigen politici en politieke partijen kunnen steunen. Dat hun gekozen vertegenwoordigers hun werk kunnen doen zonder voortdurend bedreigd te worden met een aanklacht wegens terrorisme. Ze willen trots mogen zijn op hun afkomst en eindelijk ophouden tweederangsburgers te zijn. En dan hebben we het niet eens over autonomie.

Gedroomd

Dat als onderdeel van een vredesproces de EU, de VS en verschillende individuele landen de PKK uit hun lijst van terreurorganisaties schrappen mag duidelijk zijn. Want het opheffen van een beweging die zoveel jaren heeft gevochten voor een gedroomde samenleving gaat echt niet zomaar. Strijders zullen na al die jaren van indoctrinatie niet zomaar een knop kunnen omzetten. En niet willen.

Bij het vorige vredesproces werden strijders ontwapend en naar kampen in Iraaks-Koerdistan gestuurd. Dat leek de Turken veiliger dan hen in eigen land te rehabiliteren. En ook deze keer is de vraag wat er moet gebeuren met de vrouwen en mannen die getraind zijn in de guerrillastrijd en leven in vaak ondergrondse kampen.

Wier ideologie van gelijkheid voor mannen en vrouwen bovendien niet wijd wordt gedeeld in de conservatieve samenleving waar ze vandaan komen. Die niet meer zo makkelijk passen in een ‘gewone’ gemeenschap, zoals ik zelf heb gezien met ex-strijders die zich met moeite staande hielden in Erbil en Sulaymaniya.

Onderdeel van een vredesproces zal ook moeten zijn om het leed dat bij de strijd door beide zijden is aangericht bespreekbaar te maken. Een soort waarheidscommissie waarbij vergiffenis een belangrijk onderdeel is. Dat hoofdstuk heeft Irak overgeslagen na de strijd tegen ISIS – dat toch ook uit de eigen bevolking voortkwam. En een van de gevolgen daarvan is dat de rol van de Syrische Koerden (en de SDF) in de bestrijding van de terreurgroep nog steeds hoogstnoodzakelijk is.

Onvoldoende

Voorlopig is er alleen nog de oproep van een oude man die veel Koerden bewonderen. Maar die op zich volstrekt onvoldoende is om tot een ontwapening en opheffing van de PKK te leiden. Waar twee vechten hebben er twee schuld. Dus kan er pas een verandering worden ingezet als de oproep wordt gevolgd door een Turks aanbod voor overleg.

De Iraaks-Koerdische president Nechirvan Barzani heeft al aangeboden dat hij daarbij een rol kan spelen. Essentieel is daarvoor dat hij het vertrouwen van beide zijden heeft. En dat geldt voor ieder ander die zich opwerpt voor deze positie. Het probleem is dat Turkije de Koerden in het verleden al zo vaak heeft laten vallen, waarna het toch weer naar onderdrukking en geweld greep, dat het de vraag is wie in staat is de benodigde massages uit te voeren en te bouwen aan vertrouwen.

Want anders zal de oproep tot niets leiden. Waarvoor Ankara onmiddellijk de zwarte piet bij de Koerden zal leggen. Terwijl die gewoon eindelijk hun rechten willen.

 

Waardeer dit artikel!

Dit artikel las je gratis. Vond je het de moeite waard? Dan kun je jouw waardering laten zien door een kleine bijdrage te doen. Als veel lezers dit doen, kan ik artikelen blijven schrijven over het Midden-Oosten.

Mijn gekozen waardering € -
Judit Neurink
Judit Neurink is journalist en auteur, en schrijft over Irak en het Midden-Oosten