Hawija: excuses te laat, tijd voor schadevergoeding slachtoffers
Nederland moet ophouden de slachtoffers in de Iraakse stad Hawija te negeren. Excuses helpen hen niet. Het is hoog tijd voor gerechtigheid: wees de rechter voor en geef ze hun schadevergoeding.
Door Judit Neurink
De Nederlandse minister van Defensie Brekelmans heeft zijn excuses aangeboden aan de Iraakse stad Hawija voor het Nederlandse bombardement op een explosievenfabriek van de terreurgroep ISIS. Daarbij vielen in 2015 veel burgerslachtoffers.
Het is het zoveelste hoofdstuk in de langslepende saga van een aanval die niet had mogen plaatsvinden. Zoals de Commissie-Sorgdrager onlangs ook vaststelde, omdat er onvoldoende informatie over de situatie ter plekke was. Waarover opeenvolgende ministers de Kamer onvolledig informeerden. En waar na tien jaar nog steeds geen aandacht is voor het leed dat de burgerbevolking is aangedaan.
Dat uit zich opnieuw in de excuses, tien jaar na de aanval, die het Consulaat in Erbil over mocht brengen aan de burgemeester van Hawija. Die pas onlangs is aangesteld en niets te maken heeft gehad met de grootste ramp die de stad ooit is overkomen – en dat bovenop de ramp van de ISIS-bezetting waarbij Hawija het hoofdkwartier van de terreurgroep werd.
Dat de nieuwe burgervader was uitgenodigd belandde in Hawija in het verkeerde keelgat. Zijn voorganger, Subhan al-Jabouri klaagde tegen me dat ‘die niets van het onderwerp weet en niet tot de slachtofferfamilies behoort’. Al-Jabouri is er duidelijk over: voor hen, en hemzelf komt het excuus te laat en is daardoor niet zoveel meer waard.
Rechtmatig
Daar komt nog bij dat minister Brekelmans zegt dat de aanval ‘rechtmatig’ was, al noemt hij het vreselijk dat daarbij onbedoeld burgerslachtoffers zijn gevallen en veel schade is ontstaan. Voor die slachtoffers haalt ook dat de waarde van het excuus onderuit. Hoe kan iets rechtmatig zijn als er zoveel onschuldige slachtoffers vallen?
Dat de Nederlandse overheid niets heeft geleerd van wat er over Hawija is gezegd, blijkt echter vooral uit Brekelmans voornemen om nog steeds niet over te gaan tot het compenseren van de schade van de slachtoffers. Hij besprak met de nieuwe burgemeester een voorstel om opnieuw te investeren in de infrastructuur.
Tot woede van de slachtoffers, die hun schouders ophalen over de excuses omdat ze vooraleerst behoefte hebben aan hulp om hun verwoeste levens weer op te bouwen. Behalve dat ze familieleden verloren, of gezinsleden voor het leven gehandicapt raakten, gingen ook woningen, winkels en werkplaatsen verloren. Dat laatste betekent dat ook inkomstenbronnen verdwenen.
Eerder trok het kabinet 4 miljoen euro uit voor de wederopbouw van de stad, waarbij twee internationale ngo’s de opdracht kregen dat uit te voeren. Niet alleen waren de burgerslachtoffers woedend; waar bleef hun compensatie? Van de Iraakse overheid hoefden ze ook al niets te verwachten. Terwijl Bagdad nog wel kon worden aangesproken voor de wederopbouw.
Corrupt
Bovendien waren alle betrokkenen ervan overtuigd dat de ngo’s corrupt waren en dat een deel van het geld nooit in Hawija terecht is gekomen. Nou kan dat kloppen: een deel ervan zal naar overhead zijn gegaan, maar transparant zijn die ngo’s er niet over geweest. Inmiddels is in Hawija alle vertrouwen in alle ngo’s weg.
Ondanks het feit dat de onvrede hierover via de media in Den Haag is terechtgekomen, kiest Brekelmans er opnieuw voor de slachtoffers te negeren. Ze zijn het inmiddels gewend dat hun stem hen is ontzegd omdat ze in een ISIS-stad woonden ‘waar iedereen wel met de radicale groep zal hebben samengespannen’.
Daarom koos een aantal van hen voor de juridische weg. Bij advocaat Liesbeth Zegveld en haar team ligt al een lijst van 400 gevallen. Er loopt een civiele procedure van een aantal van hen, waarbij de Haagse rechter in een tussenvonnis blijk heeft gegeven van twijfel of het bombardement wel rechtmatig was. Het onderzoeksrapport van de Commissie-Sorgdrager steunt hem daarin.
Argusogen
De gang van zaken bij de Haagse rechtbank wordt in Hawija met argusogen gevolgd. Als de eerste slachtoffers in het gelijk worden gesteld, zal een hoos van zaken volgen, voorspelde de ex-burgemeester tegenover mij.
Ook mijn contactpersoon bij de ngo die de slachtoffers hielp en in contact staat met het team-Zegveld, ziet dat slachtoffers daar al hun hoop op hebben gevestigd. Hij heeft overigens nog een lijst met 400 gevallen die nog moet worden geschoond op fraudeurs en mensen die bij ISIS waren.
Gezien de lopende rechtszaak, en al eerder het toewijzen door de rechter van een forse schadevergoeding aan een slachtoffer van een Nederlands bombardement in Mosul, is Brekelmans voornemen de slachtoffers opnieuw te negeren niet zo verstandig. Bovendien komt de Tweede Kamer nog aan bod, als ze het Sorgdrager-rapport bespreekt.
Het is tijd voor Nederland om de slachtoffers te tonen dat hun leed wordt gezien. Om de vooroordelen los te laten dat ze misschien wel iets met ISIS hadden, of dat ze anders de bezetting toch hadden kunnen ontvluchten. Wat dat laatste betreft: een van mijn oud-tolken wist die trip maar net te overleven en iedereen in Hawija begreep hoe gevaarlijk die vlucht was.
Breken
Of het signaal van de Kamer komt, is in de huidige bezetting niet waarschijnlijk. Minister Brekelmans zou eindelijk eens moeten breken met het beleid dat zijn voorgangers alleen kritiek en veroordelingen heeft opgeleverd. Dankzij Nederland en haar foute beslissing zijn er mensen omgekomen en blijvend verminkt, en zijn gezinnen hun inkomstenbron kwijtgeraakt.
Hou op met zoeken naar uitwegen. Het gaat om mensen die geleden hebben dankzij Nederland. Excuses maken de doden niet levend, geven de gehandicapten hun ledematen, ogen en gezondheid niet terug. Ze herbouwen geen huizen, winkels of werkplaatsen.
Dat doet alleen geld, mijnheer Brekelmans. Geef ieder slachtoffer z’n schadevergoeding. Wees de rechter voor, alsjeblieft. Dat scheelt de Nederlandse staat veel geld aan rechtszaken. En kan misschien nog iets doen om onze totaal vernachelde goede naam als land van mensenrechten en gerechtigheid te herstellen.
Dit artikel las je gratis. Vond je het de moeite waard? Dan kun je jouw waardering laten zien door een kleine bijdrage te doen. Als veel lezers dit doen, kan ik artikelen blijven schrijven over het Midden-Oosten.