Abdi en Al-Sharaa ondertekenen het verdrag tussen Koerden en Damascus FOTO X/TWITTER
Achtergrond

Akkoorden Koerden en Druzen helpen bij Syrische strijd tegen Iran

Syrië is een belangrijke nieuwe fase ingegaan met verdragen met de Koerden en de Druzen. Zodat de nieuwe regering de handen vrij heeft om te voorkomen dat Assad-getrouwen en Iran het land opnieuw in chaos storten.

Door Judit Neurink

Het was bijna op de dag af 55 jaar later. Dat feit zal veel Koerden niet zijn ontgaan, toen de Syrisch-Koerdische leider Mazloum Abdi een akkoord tekende met de nieuwe Syrische machthebber, president Ahmed al-Sharaa. Op 11 maart 1970 deed Malla Mustafa Barzani datzelfde in Irak met de Iraakse onder-president Saddam Hoessein.

De inhoud van de akkoorden verschilt, en de sfeer waarin ze getekend werden ook. En hoewel dat in Irak al na vier jaar uit elkaar spatte, vormen ze allebei belangrijke mijlpalen in de geschiedenis van de Koerdische strijd. En waar in Irak dat oude akkoord handvaten leverde voor de autonomie die na de Amerikaanse invasie in 2005 in de Iraakse grondwet werd verankerd, zorgt het in Syrië op dit moment vooral voor de rust waaraan zoveel behoefte is na bijna 14 jaar van burgeroorlog.

Voor Koerden is belangrijk dat er in Syrië voor het eerst op staatsniveau formeel wordt gerefereerd aan een Koerdische identiteit. Decennia lang konden duizenden Koerden geen officiële Syrische identiteitspapieren krijgen en is hen verboden om zaken te leiden of grond te bezitten.

Onrust

Dat de nieuwe machthebbers bereid waren tot het tekenen van het akkoord, is ironische genoeg vooral te danken aan de onrust die in de kuststreek rond Latakia is uitgebroken, het oude thuishonk van het Assad-regime. Daar kwamen de wraakacties op gang die niet konden uitblijven, na de decennia van wreedheid. De wraak richtte zich op de minderheid van alevieten die Assads machtsbasis vormden, waarbij echter vooral onschuldige burgers omkwamen. Het dodental is onzeker, maar bedraagt zeker duizend.

Aan de pro-Assadkant zouden de meeste leiders voormalige commandanten zijn van de aan Iran gelieerde 4de divisie van Assads leger. Velen van hen hebben een geschiedenis van mensenrechtenschendingen, variërend van massa-executies, het verbranden van burgers en maandenlange belegeringen om de bevolking uit te hongeren.

De onrust is georganiseerd en aangewakkerd door Iran en haar Libanese zetbaas Hezbollah. Die zijn met de val van Assad hun invloed in Syrië kwijt, nu de soennitische meerderheid de touwtjes in handen heeft. Assad-getrouwen zijn aangezet tot wraakacties, die overgenomen lijken te zijn door radicale soennitische milities en buitenlandse strijders die zich niet kunnen vinden in het pragmatische beleid van Al-Sharaa en de zijnen.

Van belang hierbij is het feit dat bakens zo ingrijpend zijn verzet, dat sjiieten die zichzelf onder Assad en diens Iraanse beschermheren beschouwden als de helden, nu aan de ‘verkeerde’ kant staan. Die van de ‘verraders’ waarvoor ze juist de anderen jarenlang hebben uitgemaakt. Veel Syriërs zien de jarenlange Iraanse bemoeienis als een soort bezetting om Syrië in een sjiitische staat te veranderen en zijn blij dat dat is voorkomen.

Fragiel

Onrust op alle fronten kan het nieuwe, nog behoorlijk fragiele bewind zich niet veroorloven. Met Assad-getrouwen die smachten naar terugkeer aan de macht en aan de trog van lucratieve projecten, zoals drugs- en sigarettensmokkel en het afromen van overheidsgelden. En weerstand binnen de eigen gelederen, van degenen die alleen een islamitische staat willen accepteren in Syrië, en niets anders. Een staatsvorm waarvan Al-Sharaa weet dat het tot verdere interne onrust zal leiden, en internationale isolatie.

Dat het regime zich ervan bewust is hoe ernstig die dreiging is, blijkt wel uit het feit dat Al-Sharaa twee dagen na de Koerden een soortgelijk akkoord sloot met een andere minderheid: de Druzen in Suwayda, in de grensstreek met Israël. Die maken zo’n drie procent uit van de bevolking en waren door dat buurland onder druk gezet een soort zelfbestuur onder Israëlische bescherming te vormen.

Het blijkt ook uit het feit dat Damascus de eis aan de Koerden heeft laten vallen dat de Koerdische SDF-troepen moesten opgaan in het leger, of als individuele soldaten zouden instromen. In plaats daarvan laat het akkoord de mogelijkheid open dat de SDF als eenheid meedoet in het nieuwe Syrische leger. Dat was een Koerdische eis, waartegenover Abdi al een paar weken geleden het aanbod had gezet dat de Koerden onderdeel zouden worden van het nieuwe Syrische bestuur.

Het akkoord kwam vooral tot stand dankzij bemoeienis van zowel de Amerikanen als de Turken. Voor de Amerikanen is het van belang dat de strijd tegen de terreurgroep ISIS doorgaat, en voorlopig lijkt hun aanwezigheid daartoe in noordoost-Syrië niet in het geding. En daarmee ook de bewaking niet van de kampen en gevangenissen waar ISIS-daders en -families vastzitten.

Öcalan

Wat Turkije betreft lijkt er beweging te zijn gekomen na de oproep van PKK-leider Öcalan aan zijn strijders om de wapens neer te leggen en de Turks-Koerdische verzetsgroep op te heffen. Het lijkt erop dat hij zijn oorspronkelijke groep heeft opgegeven ten faveure van de overleving van haar succesvolle dochter met zelfbestuur in Syrië.

Interessant is dat de kwestie van de integratie van de Koerdische troepen in het nationale leger vaag is gehouden in het akkoord. Ook in Irak is de Koerdische peshmerga nooit opgegaan in het Iraakse leger, al werkt het daar wel nauw mee samen. Voor Koerden zijn hun troepen hun overlevingsgarantie. In Syrië zal de kwestie in de toekomst zeker nader moeten worden vastgelegd, maar voorlopig heeft pragmatiek de nieuwe regering rust aan het Koerdische front opgeleverd. En de Koerden eindelijk een eind aan de aanvallen van Turks-Syrische milities en Turkije op hun grondgebied.

Acht punten

Het akkoord staat uit acht punten. Daarbij wordt de Koerdische gemeenschap erkend als een oorspronkelijke gemeenschap binnen de Syrische staat, en garandeert de staat haar recht op burgerschap en alle grondwettelijke rechten. Alle civiele en militaire instituties in noordoost-Syrië worden geïntegreerd in het Syrische staatsbestuur, waaronder douane, luchthavens en gas- en olievelden. Het akkoord moet uiterlijk eind van het jaar geïmplementeerd zijn.

Wat hierin volstrekt onbenoemd is gelaten, is of de Koerden hun autonomie kunnen behouden, of dat hun relatieve zelfbestuur eindigt als Damascus de touwtjes overneemt. Ook de toekomst van de ISIS-gevangenissen is niet benoemd, al lijkt de opzet te zijn om de Amerikaanse betrokkenheid nog enige tijd mogelijk te maken. Dat is op te maken uit het feit dat Abdi na terugkomst uit Damascus als eerste de Amerikaanse Centcom-commandant zag die hem bevestigde dat de VS doorgaat met de anti-ISIS-campagne.

Dat zo’n relatief onafgemaakt deal is gesloten, heeft te maken met de timing en de noodzaak. Damascus moet ervoor zorgen dat de Iraniërs geen nieuwe doorvoerroutes kunnen aanleggen naar Assad-getrouwen aan de Syrische kust en naar Hezbollah in Libanon. En wil voorkomen dat elementen binnen de PKK met de Iraanse Revolutionaire Garde gaan samenwerken om een aanval uit te voeren op het gebied dat Al-Sharaa en de zijnen controleren. Want het heeft er alles van dat de Iraniërs met de onrust in Latakia en omgeving een aanzet hebben proberen te maken tot zo’n nieuw project.

Feest

Terwijl de Koerden uitbundig feestvierden vanwege het akkoord, kwam elders in Syrië een stroom van fake nieuws op gang. Dat betrof met name berichten dat christenen – een minderheidsgroep in Syrië die enige bescherming van Assad genoot – het slachtoffer zouden zijn geworden van de aanvallen in Latakia. Waarvoor geen bewijs is. Al zijn er onder de doden inderdaad ook enkele christenen, de aanvallen waren gericht op alevieten.

Ironisch genoeg komen deze berichten en de meest agressieve retoriek van buiten Syrië. Want in het land zelf is er vooral een behoefte aan rust, kalmte en verzoening. En totaal niet aan meer oorlog.

 

Waardeer dit artikel!

Dit artikel las je gratis. Vond je het de moeite waard? Dan kun je jouw waardering laten zien door een kleine bijdrage te doen. Als veel lezers dit doen, kan ik artikelen blijven schrijven over het Midden-Oosten.

Mijn gekozen waardering € -
Judit Neurink
Judit Neurink is journalist en auteur, en schrijft over Irak en het Midden-Oosten